Inloggen 
 

 Registreren
 Wachtwoord vergeten?


Terug naar het beginscherm

 
 
 
Neem contact op met de Agro-advieslijn:
(0548) 54 00 54 (G.J. Steunenberg)
ECLI:NL:RBZWB:2022:3611 
 
Datum uitspraak:01-07-2022
Datum gepubliceerd:06-07-2022
Instantie:Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Zaaknummers:BRE-21_5746
Rechtsgebied:Belastingrecht
Indicatie:voor deze uitspraak is geen samenvatting gemaakt
Trefwoorden:belastingrecht
 
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Belastingrecht, enkelvoudige kamer

Locatie: Breda

Zaaknummer BRE 21/5746
uitspraak van 1 juli 2022


Uitspraak als bedoeld in artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in het geding tussen





[belanghebbende] wonende te [plaats] ,
belanghebbende,

en




[heffingsambtenaar] ,
de heffingsambtenaar.




Motivering

Belanghebbende heeft een beroepschrift ingediend betreffende de uitspraak op bezwaar inzake de bij beschikking krachtens de Wet waardering onroerende zaken vastgestelde waarde van het pand [adres] [plaats] met aanslagnummer [aanslagnummer] .

Het beroepschrift bevat geen motivering (geen “gronden”), terwijl een motivering wel een wettelijke eis aan een beroepschrift is (artikel 6:5 van de Awb). Het enkel bijvoegen van een kopie van de uitspraak op bezwaar geldt niet als een motivering. Dit betekent dat er sprake is van een verzuim als bedoeld in artikel 6:6 van de Awb.

De griffier heeft belanghebbende bij brief van 28 december 2021 de kans gegeven dit verzuim te herstellen binnen vier weken na de datum van verzending van die brief. Dit verzoek is herhaald bij aangetekende brief van 17 februari 2022 met een laatste termijn van twee weken. Deze brieven bevatten de waarschuwing dat indien het verzuim niet tijdig wordt hersteld, de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk kan verklaren.

Volgens gegevens van Track&Trace van PostNL is de aangetekende brief afgeleverd op het door belanghebbende opgegeven adres.

Belanghebbende heeft het verzuim niet hersteld binnen de gestelde termijn en heeft het verzuim nog altijd niet hersteld.

De rechtbank ziet onder deze omstandigheden aanleiding om het beroep kennelijk niet-ontvankelijk te verklaren op grond van artikel 6:6 van de Awb.

Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.



Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.


Deze uitspraak is gedaan door mr. S.A.J. Bastiaansen, rechter, in aanwezigheid van N. Plasman, griffier, op 1 juli 2022 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.

De griffier, De rechter,






Afschrift aangetekend verzonden aan partijen op:



Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de datum van verzending verzet worden gedaan bij de rechtbank (artikel 8:55 Awb). De indiener van het verzetschrift kan daarbij vragen in de gelegenheid te worden gesteld over het verzet te worden gehoord.
Link naar deze uitspraak